Zondige zondag: Margrietjes

Volgende week is het Valentijn. Ik ben niet echt aan opgelegde dagen om je liefde te tonen, maar niets belet je om je lief nu al eens extra in de bloemetjes te zetten! En die bloemetjes hoef je niet te letterlijk te nemen, want wat zegt beter: “Ik zie je graag” dan een portie zelfgebakken koekjes?

Deze margrietjes zijn echte succesnummers: niet moeilijk om te maken en superlekker door de brosse textuur en het subtiele vanille-aroma. Als je dat wenst, kan je het deeg ook met andere smaakmakers afwerken, zoals een beetje sinaasappelzest, fijngemalen thee of wat kaneel. Het soort confituur en de kleur chocolade kan je ook naar hartelust – en de voorkeur van de gelukkige – variëren.

Enkele tips voor dit recept:

Neem de boter de avond voordien al uit de koelkast. Zo is hij volledig op kamertemperatuur en kan je hem goed romig kloppen.
Als je vergeten bent om de boter tijdig uit de koelkast te nemen, kan je hem zacht maken door in de microgolf op ontdooistand te zetten. Hou dit wel goed in de gaten, want de boter mag zeker niet smelten.
Om de spuitzak te vullen, gebruik ik een deegschraper (het blauwe ding op de foto): die is veel minder flexibel dan een pannenlikker en leent zich dus beter tot scheppen van stevig beslag.
Eens de spuitzak gevuld is, duw ik het deeg naar beneden met een grotere deegschraper (een “corne” maar dan zonder ronding, een soort paletmes uit de bouw dus): dit zorgt voor een mooi propere spuitzak en vermijdt dat er bovenaan deeg blijft plakken.
Het beslag is vrij stevig om te spuiten. Je hebt dus wel wat armkracht nodig. Om de koekjes toch goed te kunnen spuiten,
- mag je de spuitzak niet te vol vullen: de helft van het beslag is ruim voldoende.
- kan je de gevulde spuitzak net voor je hem gaat gebruiken nog 5 seconden in de microgolf steken. Dit is zéker tegen alle regels van de patisserie, maar het werkt. Ook hier geldt: beter te kort dan te lang, anders loopt alles eruit en kan je geen mooie bloemetjes spuiten!
Voor de bakspecialisten onder jullie: ik heb een gekarteld spuitmondje nr. 8 gebruikt.
Je kan kleine dotjes beslag spuiten in de vier hoeken van je bakplaat, en daarop het bakpapier “plakken”. Zo voorkom je dat dit steeds verschuift als je de koekjes spuit.
Doop het uiteinde van de houten lepel, waarmee je de “putjes” in het deeg maakt, even in koud water: zou voorkom je dat het deeg eraan blijft kleven.

Aan de bak, dus maar!

Bron: Cursus “Nagerechten” van CVO Leerdorp Gent

Wat heb je nodig?

200 g zachte boter (op kamertemperatuur)
100 g bloemsuiker
250 g bloem
1 ei
5 g zout
5 g vanillepoeder (fijngemalen stokjes)
25 g frambozenconfituur zonder brokjes
25 g pure chocolade

Hoe ga je tewerk?

Verwarm de oven voor op 190 °C.

Meng in een keukenrobot de boter met het zout, de vanille en de suiker.
Klop het ei los en voeg toe.
Meng er ook de bloem door.
Vul een spuitzak met een gekarteld spuitmondje met het deeg.

Bekleed een bakplaat met bakpapier.
Spuit er sterretjes deeg op.
Maak putjes in het deeg door er lichtjes in te duwen met de achterkant van een houten lepel (of laat je assisteren door een vrolijk verkleed meisje).

Vul de putjes met chocolade…

of confituur.

Bak 10 à 12 minuten in de oven.

Serveer bij een kopje koffie.

Sint-ful Sunday: Cijferkoekjes

Tot slot van deze reeks gaan we aan de slag met een eenvoudig zanddeeg en maken we cijferkoekjes. Eigenlijk was het de bedoeling om ook letterkoekjes te maken, maar mijn letteruitstekers zijn een beetje smal en klein, waardoor de koekjes te snel verkleurden. We hebben het dus op cijfertjes gehouden!

Dit is een erg eenvoudig deeg dat je voor veel toepassingen kan gebruiken. Het leent zich uitstekend tot “uitsteek-koekjes” omdat het goed vorm houdt tijdens het bakken. Ik heb het hier erg basic gehouden, maar je kan natuurlijk volop experimenteren met smaken: neem eens de helft amandelmeel en de helft gewone bloem, voeg wat citruszest toe, roer er bakvaste chocoladeparels door, kruid met kardemom of kaneel, … De mogelijkheden zijn eindeloos.

Glazuren is niet echt nodig, maar wel leuk voor de kindjes. Zelf eet ik de koekjes liever natuur, maar zij natuurlijk niet! Als je glazuur gebruikt, zorg er dan voor dat dit zeker niet te vloeibaar is. Beter wat te dik dan te dun, want anders wordt het heel moeilijk om “proper” te werken.

Uitsteken kan ook een peuter van 2, maar voor het glazuren heb ik het toch beperkt tot mijn kleuter van 5, om te vermijden dat de keuken onherkenbaar werd.

Ik heb dit deeg in twee verdeeld, en de helft ingevroren, maar als je in een ijverige bui bent, kan je uiteraard alles in één keer gebruiken. Ik ben er zeker van dat de koekjesdoos sowieso snel leeg zal zijn…

Bron: Hoe word ik een goddelijke huisvrouw? van Nigella Lawson

Wat heb je nodig?

175 g zachte boter
200 g kristalsuiker
2 eieren
1 kl vanille-extract
400 g bloem
1 kl bakpoeder
1 kl zout
300 g bloemsuiker
voedingskleurstof
water

Hoe ga je tewerk?

Roer de boter en suiker romig in de keukenmachine.
Klop er de eieren en vanille door.
Meng in een andere kom de bloem met het bakpoeder en het zout.
Voeg dit bij het boter-ei mengsel.
Roer tot je een egaal deeg krijgt. Rol het deeg in plasticfolie.
Laat minstens een uur rusten in de koelkast.

Verwarm de oven voor op 180 °C.

Rol het deeg uit tot een lap van een halve centimeter dik.
Steek er vormpjes uit.
Leg ze op een met bakpapier beklede bakplaat.
Bak 8 minuten in de oven tot de randjes goudbruin kleuren.
Laat afkoelen op een rooster.

Voor het glazuur verdeel je de bloemsuiker over evenveel kommetjes als je kleuren wilt.
Meng er een klein beetje net gekookt water onder.
Roer tot een glad en stevig (niet te lopend) glazuur.
Meng met de voedingskleurstof. Glazuur de koekjes en laat opstijven.

Serveer aan de brave kindjes.

Lactosevrije week: Havermoutkoekjes

Koekjes en patisserie zijn al helemaal moeilijk als je geen suiker of melkproducten mag eten… Ik heb dus ook wel wat research moeten doen om geschikte receptjes te vinden die toch lekker zijn. De laatste tijd verschijnen er op het web wel heel wat “gezonde” toetjes, maar ze zijn niet altijd even smaakvol. Of toch niet voor “ongeoefende” smaakpapillen, en daarmee bedoel ik dat ik eigenlijk helemaal niet gewoon ben om “rare” ingrediënten als avocado en geweekte cashewnoten in mijn desserts te draaien. Ik wilde dus iets vinden dat wat meer “mainstream” is.

En zo kwam ik uit bij deze havermoutkoekjes van een dotje wat. Ook hier wordt gebruikt gemaakt van banaan als natuurlijke zoetmaker. Maar daarnaast zit er ook dadel, kokos en de ultrahippe havermout in. Je kan dit dus wel echt gezonde koekjes noemen (in tegenstelling tot deze, die toch maar een flauwe poging tot gezond zijn ;-)).

Ikzelf vind ze het lekkerst als ze helemaal afgekoeld zijn. Ze blijven ook gebakken een beetje smeuïg en geven je energie om een aantal uur door te gaan zonder honger. Passen dus ook perfect in een dieet. Laat ze wel niet al té lang liggen, langer dan een viertal dagen kan je ze niet bewaren.

Als je naar niets moet kijken, kan je ze pimpen met wat chocoladedruppels, rozijnen of raw cacao nibs. Je kan ze ook glazuren met chocolade, past wonderwel bij de banaan. En een paar eetlepels honing of ahornsiroop door het deeg kan ook.

Wat heb je nodig?

3 rijpe bananen
180 g havermout
20 ontpitte dadels
50 g kokosrasp
een handjevol walnoten
twee eetlepels gesmolten kokosolie
kaneel
snuifje zout

Hoe ga je tewerk?

Verwarm de oven voor op 180°C.

Mix de havermout even in de blender.

Hak de dadels en walnoten grof.

Plet de bananen.

Roer havermout, dadels, kokos en walnoten door de bananen.

Meng er ook de kokosolie, een snuifje kaneel en zout door.

Op dit moment kan je eventueel extra toevoegingen, zoals rozijnen, chocolade of cacao nibs door het deeg roeren.

Maak hoopjes van het deeg en leg ze op een met bakpapier beklede bakplaat.

Schuif de bakplaat 25 minuten in de oven tot de koekjes goudbruin zijn.

Laat afkoelen op een rooster.

“Gezonde” koekjes met lijnzaad, cranberries en chocolade

Jaja, als je de “buzz” op foodsites mag geloven, kan je dit baksel tot de gezonde koekjes rekenen, enkel en alleen omdat ze vol zitten met superfoods! Dat er daarbij ook wel wat suiker en boter gebruikt wordt, zien we gemakkelijkheidshalve even door de vingers.

Superfoods zijn de nieuwe “hit”. Honderden posts worden erover geschreven. Je moet nog maar gewag maken van een snuifje tarwegras, of je ziet je aantal volgers de lucht in schieten. Iedereen lijkt aan het chiazaad en de goji-bessen te zitten. Zelf ben ik ietwat terughoudender. Niet dat ik niet in de goede eigenschappen van al die exotische producten geloof, maar eerder dat ik van de gematigde soort ben. Ik geloof eerst en vooral in gezond boerenverstand, en het mijne zegt dat het nog altijd het belangrijkste is om gevarieerd te eten. Als je dagelijks groenten, fruit en zelfgebreide gerechtjes, die afwisselend vis of vlees bevatten, of helemaal veggie zijn, eet, zie ik niet in wat het probleem zou moeten zijn. Dit alles lijkt mij veel belangrijker dan een schepje lijnzaad door de koekjes mengen.

Maar zie nu de titel van dit stuk, er staat toch ook wel van datum bij zeker?! Tja, ik kon niet weerstaan aan de foto van de karamelkleurige brosse koekjes in het laatste Delhaize-magazine, en besloot mij naar de natuurwinkel te reppen voor een zakje lijnzaad. En ik moet zeggen: het resultaat is erg lekker, en dat lijnzaad voegt warempel een extraatje toe dat niet tot “gezond” terug te leiden valt: het zorgt gewoon voor een extra crunch die de koekjes nog verslavender maakt!

Als je de cranberries meetelt, kiest voor een pure chocolade van minstens 70% cacao (de mijne had zelfs 86% en komt uit het exotische dorpje Mindo in Ecuador, waardoor die ook voor wat extra zoete herinneringen zorgt ;-)) en onbewerkte rietsuiker, valt er wel iets te zeggen voor die “gezonde” eigenschappen van dit kleinnood. Maar laat dat geen drijfveer, en ook geen drempel zijn: deze koekjes zijn vooral héél lekker. Perfect bij een kopje (ongezonde?!) koffie.

Wat heb je nodig?

150 g boter op kamertemperatuur
200 g rietsuiker
2 eieren
225 g bloem
1 kl gedroogde gist
1/4 kl natriumbicarbonaat (zuiveringszout)
100 g gedroogde cranberries
100 g pure chocolade
80 g (gebroken) lijnzaad
een snuifje zout

Hoe ga je tewerk?

Snij de cranberries en chocolade fijn met een mes.

Mix de boter smeuïg.
Voeg er zout en suiker aan toe.
Mix er dan één voor één de eieren door.
Voeg bloem, gist en natriumbicarbonaat toe en meng goed.

Roer er de chocolade, cranberries en het lijnzaad door.
Rol het deeg op een stukje plasticfolie tot een lange worst en verpak.

Leg minstens een uur in de koelkast.

Laat de oven voorverwarmen op 180°C.
Neem de worst uit de koelkast en snijd in plakjes van ongeveer 1 cm dik.Leg ze op een met bakpapier beklede bakplaat, met een beetje tussenruimte (ze zetten wat uit tijdens het bakken).

Bak de koekjes 12 minuten.

Laat afkoelen op een rooster, eet er meerdere bij de koffie, en verkneukel jezelf dat je toch weer gezond bezig bent…

Lieziepeasy and the cookie factory

Tijd voor wat patisserie! Wat geeft er meer voldoening dan een zonnige zondagmiddag door te brengen in een met glorieuze geuren gevulde keuken?

Onze kleinste meid wordt groot, en dus mag ze een klasje doorschuiven in de crèche. De dames van de babygroep, waar onze mini-deugniet als nukkig viermaandertje voor het eerst figuurlijk een “stapje in de wereld” zette, en waar ze rond nieuwjaar ook letterlijk een stapje buiten zette, verdienen wel een bedankje. Eindeloos respect voor de gastvrijheid, het eeuwige geduld en de immer-relaxte – zelfs als de tien baby-/peuter-tjes in koor een huilconcert starten – spirit van die juffen… Ik heb er mijn benjamin elke dag met een gerust hart achtergelaten, en ik zal ze zeker missen!

Vroeger, toen ik nog thuis woonde, gingen we regelmatig “koffiekoekjes” halen bij de bakker. Die heerlijkheden hadden niets te maken met de ordinaire boterkoek, maar eerder met een verfijnde vorm van patisserie: we aten “mirroirs”, “baisers” en bokkenpootjes tot we niet meer konden. Die lekkere herinnering wilde ik even nieuw leven in blazen door nu eens zelf aan de slag te gaan, en wat bokkenpootjes uit mijn mouw te schudden.

Ik gebruikte voor het deeg een recept uit Goe Gebakken (uit de tijd dat Sofie Dumont daar nog achter het fornuis, of liever, voor de oven, stond), en voor de vulling een eigen interpretatie van crème au beurre. Sofie gebruikt in haar recept gearomatiseerde slagroom om de twee helften tegen elkaar te plakken, maar ik was bang dat de koekjes daardoor snel klef zouden worden.

Het recept vraagt een beetje ervaring met bakken, en vooral veel geduld… Tegen dat ik de koekjes in chocolade stond te dopen – een dikke twee uur nadat ik gezwind het kookboek had opengeslagen, was dat van mij – dat sowieso al niet in overvloed aanwezig is – toch bijna op. Maar het resultaat… tja… wat kan ik zeggen… de moeite meer dan waard. In niets te vergelijken met die overjaarse klompjes lucht uit de supermarkt. Move over, Lotus, here comes Lieziepeasy!

Dit recept geeft je minstens 40 bokkenpootjes.

Wat heb je nodig?

Voor het deeg
250 g eiwit (bij mij was dit van 7 eitjes, maar dat kan dus verschillen…)
150 g suiker
250 g broyage (125 g bloemsuiker, gemengd met 125 g amandelpoeder)
150 g amandelschilfers

Voor de vulling
200 g boter op kamertemperatuur
160 g bloemsuiker
1 “stick” instant espressopoeder (van Nescafé, geen gewone oploskoffie!)

Voor de afwerking
400 g fondant chocolade

Hoe ga je tewerk?

Verwarm de oven voor op 180°C.
Klop de eiwitten in een branschone kom (vooraf even ontvetten met citroensap).
Wanneer de eiwitten stijf beginnen te worden, voeg je beetje bij beetje de suiker toe.
Klop goed door tot het schuim spierwit is en in stevige pieken blijft staan.

Zeef de broyage en spatel voorzichtig onder het eiwitschuim.

Vul een spuitzak met een recht spuitmondje van 6 mm en spuit op een bakplaat, bekleed met bakpapier, strepen van 8 cm (twee strepen over elkaar geven de ideale dikte).
Strooi er amandelschilfers over.

Bak 10 à 15 minuten in de oven tot lichtbruin.
Laat afkoelen op een rooster.

Maak intussen de crème au beurre.

Klop de boter zachtjes door in de keukenmachine tot helemaal smeuïg.
Zeef de suiker en het espressopoeder erbij en meng.
Klop nog enkele minuten door tot je een luchtige boterroom krijgt.

Vul een spuitzak met een recht spuitmondje van 4 mm met de crème au beurre.
Maak een “productielijn” van koekjes: telkens één gewoon en één omgekeerd leggen. (het is trouwens normaal dat ze aan het bakpapier plakken, ik heb ze ook moeten losmaken met een spatel)

Op de omgekeerde koekjes spuit je een lijntje boterroom.

Leg de twee helften op elkaar.
Laat even opstijven in de koelkast.

Smelt de chocolade au bain marie of in de microgolf op ontdooistand.
Laat de chocolade op lichaamstemperatuur komen.
Doop de uiteinden van de koekjes in de gesmolten chocolade.
Laat opstijven op een bakpapier op een koele plaats.